In de zomer van 2012 is er door Bionet Natuuronderzoek voor het Nationaal Park De Meinweg in het kader van “de natuurkwaliteitsimpuls” een vleermuizeninventarisatie uitgevoerd. Met hulp van een zomerkamp van de Zoogdierenwerkgroep van de Nederlandse Jeugdbond voor Natuurstudie werd voortplanting van franjestaart, gewone grootoorvleermuis, laatvlieger, gewone dwergvleermuis en grijze grootoorvleermuis vastgesteld. Tevens werden twee mannetjes ingekorven vleermuis, een niet reproducerend vrouwtje ruige dwergvleermuis en een mannetje watervleermuis gevangen. Verder werden de rosse vleermuis en de watervleermuis op andere locaties met een bat-detector vastgesteld.
Een gevangen lacterend vrouwtje grijze grootoorvleermuis werd met behulp van telemetrie met een zender van 0,35 gram teruggevolgd naar het voormalige klooster St. Ludwig. Eén van de twee ingekorven vleermuizen betrof een juveniel dier. Dit dier is tevens middels telemetrie teruggevolgd naar de al bekende kraamkolonie in Mariahoop. Dat de kolonie ingekorven vleermuizen van Mariahoop ook de Meinweg gebruikt om te jagen, ligt enigszins in de lijn der verwachting, maar was niet eerder vastgesteld.
Binnen het onderzoek zijn ook de kerkzolders van Herkenbosch, Vlodrop, Melick en de zolders van het voormalige klooster St. Ludwig bezocht.
De uitkomsten van dit onderzoek zijn zeer verrassend te noemen, vooral het hoge aantal vangsten van de grijze grootoorvleermuis en het voor Limburg zeldzame voorkomen van een voortplantingspopulatie van franjestaarten.