Cocktail van pesticiden gevonden in vleermuizen

In ingekorven vleermuizen hebben onderzoekers een cocktail van 14 verschillende pesticiden gevonden, van insecten-, schimmel- tot onkruidmiddelen. Dat blijkt uit onderzoek van Centrum voor Landbouw en Milieu (CLM). Het grootste deel komt waarschijnlijk uit houten balken waar ze in de zomer aan hangen op hun kraamverblijfplaats. Een ander deel betreft gewasbeschermings- en anti-vliegenmiddelen, die ze waarschijnlijk via het voedsel binnen krijgen. Het is onduidelijk of de middelen in deze concentratie schadelijk zijn voor de dieren.

De cocktail
In dode individuen en mest van de ingekorven vleermuis zijn ‘klassieke’ insecticiden zoals DDT en permethrin zijn aangetroffen, maar ook de neonicotinoïden imidacloprid en thiametoxam, de herbiciden mecoprop en nicosulfuron, en fungiciden zoals iprodion en propiconazool. Pesticiden, zoals imidacloprid, propoxur, thiamethoxam, nicosulfuron en iprodion zijn nog niet eerder gerapporteerd in vleermuizen. In de meeste, ook recente studies, worden vooral ‘klassieke’ pesticiden gemeten die of al lange tijd niet meer zijn toegelaten als gewasbeschermingsmiddel (zoals DDT en lindaan) of alleen nog als biocide (permethrin).

Gevaarlijk?
Het is niet aan te geven in welke mate de gevonden pesticiden een negatief effect hebben op de vleermuizen. De gevonden concentraties zijn niet acuut dodelijk voor de vleermuizen, maar chronische effecten, bijvoorbeeld op het zenuwstelsel of de reproductie zijn niet uit te sluiten. Permethrin – een houtverduurzamingsmiddel – is in relatief hoge concentraties aangetroffen.

Waar komen de pesticiden vandaan?
De meeste pesticiden komen waarschijnlijk via het hout in vleermuizen terecht. De houten balken van drie verblijfplaatsen waar de vleermuizen verblijven bevatten 19 verschillende pesticiden, waarvan er negen in dode vleermuizen en vleermuizenmest is aangetroffen. Het hout is behandeld (‘verduurzaamd’) met deze pesticiden.

Het is aannemelijk dat ook anti-vliegenmiddelen en gewasbeschermingsmiddelen in vleermuis(mest) terecht komen. De ingekorven vleermuis vangt vaak vliegen in stallen.

Opvallend is dat er ook een herbicide (nicosulfuron) en een fungicide (iprodion) in de vleermuis(mest) gevonden zijn, die niet in het hout zijn aangetroffen.

Wat nu?
CLM adviseert om een brede screening uit te voeren naar de aanwezigheid van pesticiden in dieren. Vleermuizen zijn hiervoor een geschikte groep omdat zij predator zijn, veel insecten op een nacht eten en zij daardoor pesticiden kunnen accumuleren.

Ook dient het gebruik en het ontwikkelen van alternatieven voor houtverduurzamingsmiddelen en anti-vliegenmiddelen gestimuleerd te worden. Er is nauwelijks iets bekend over de mate van giftigheid en de (sub)lethale effecten van pesticiden op vleermuizen. Gezien het grote aantal gevonden stoffen is het gerechtvaardigd om in de toelatingsbeoordeling van middelen meer aandacht te besteden aan mogelijke effecten.

Het rapport Vleermuizen en pesticiden is via deze link de downloaden als (pdf)